Categoriearchief: Geen categorie

Hoe jong en oud digitaal samensmelten!

Ik heb mijzelf een nieuw werkwoord toegeĂ«igend: logistieken. Mijn generatiegenoten herkennen zich wel in deze blog. Prehistorisch en oergeestig zal het absoluut lijken en zijn voor mijn (veel) jongere collega’s.

“Vooruit, het ging weleens mis, zodat ik bij Enkhuizen met stukken van Zeewolde zat te shinen.”

De titel archivaris heb ik nooit verdiend. Oud-collega’s weten vast nog dat ik mijzelf begroef onder stapels papieren dossiers. Op mijn bureau en op de grond. En als het lukte rondom het bureau van anderen. Zoals een kat langzaam opschuift naar zijn favoriete verboden plek. Heus, er zat logica in, voor mij dus. Het speelde zich lang geleden af. Het lijkt eeuwen geleden en toch voelt het als de dag van gister. De papierloze wereld, the clean desk policy, het bestond nog niet. Heerlijk. Op weg naar een opdrachtgever greep ik de juiste stapel mee, propte die in mijn tas. Vooruit, het ging weleens mis, zodat ik bij Enkhuizen met stukken van Zeewolde zat te shinen. Te verwaarlozen momenten, echt. Althans in mijn geheugen.

De stapels papier zijn verleden tijd. Tijdens mijn politieke tijd heb ik pas echt geleerd digitaal te werken. Te vergaderen en digitaal te ervaren. Stoer wel. Soms stiekem met nog een printje op mijn schoot. Mijn IPad werd mijn vriend. In de Raadszaal en achter het spreekgestoelte. In mijn werk werd ik daarna een digitale mapjes freak. En meer. Lol.

Nu met mijn huidige toffe, maar omvangrijke klus, is er wederom een heus digitaal labyrint ontstaan. Een mooie club, met ca 1000 medewerkers. Lees: 1000! Met een groot aantal ben ik in gesprek.  Die gesprekken doen ertoe en dienen als input voor vele vervolgstappen.

Dus mindmap ik niet op een flap-over, maar in mijn laptop. Mapjes met aansprekende titels. Daaronder submapjes met logische kopjes. Meestal. Niet zelden daaronder hulpmapjes. Soms met de titel: hopeloos. Staat nog leeg. Ik denk: jaloersmakend voor menig Data-scientist. Sorry collega’s, ik weet dat dat veel meer inhoudt.

Het labyrint werkt. Toch staar ik soms hulpeloos naar mijn scherm. Op zoek naar versie…..De aansprekende logica stottert ook digitaal weleens. Sluip ik in de nacht naar mijn PC. Check: versleep notitie x naar mapje y. Pfff, op het nippertje.

Gek genoeg, door de Corona tijd, verzamelen jong en oud zich op de Skype. We Zoomen, en melden ons gezamenlijk aan bij MSTeams. We chatten en slaan deze historie in een oogwenk op. We presenteren tijdens het videobellen. We wisselen met elkaar moeiteloos van scherm. Generaties vloeien digitaal in elkaar over. Het is een “moetje”. We leren met en van elkaar. Een digitaal team in barre onzekere tijden.

We houden de boel draaiende. De digitale generatiekloof verdwijnt als sneeuw voor de zon. We accepteren, in the late afternoon, onze gare hoofden op de Skype. Niet zelden met doorgelopen mascara of beslagen brillen. Leeftijd vervaagt. Het wordt het nieuwe normaal. Lotgenoten in crime!

Hoe ver ben je, vraagt mijn man einde dag? Bijna zover: nog even logistieken. En….een paar printjes.

Warme groet

Mijn ode aan Vegan east!

Joehoe, wat werd ik afgeleid afgelopen dinsdag. De dag dat het kookboek Vegan East het licht zou zien. Een boek vol heerlijke plantaardige recepten uit de Oosterse keuken. Ja, denk je, en dan. Nou dat prachtige boek is bedacht en ontwikkeld door mijn dochter Milou. Dus dat. Zo trots. Maanden met elkaar naar toegeleefd. Wat een drive. Zelden zo een combinatie gezien van creativiteit en volharding. De foto’s die bij de recepten staan, hoe zal ik het zeggen: een mengeling van absolute liefde voor de oosterse keuken en tovenarij. Van haar hand. Te gaaf!

“Ik ben zelf geen veganist. Maar wel een flexitarier. “

Waarom dit kookboek. Waarom oosterse plantaardige gerechten. Lees haar voorwoord gauw. De auteur legt het haarfijn en heul aansprekend uit. Ik kan dat niet evenaren. Ik zou haar te kort doen. Mijn gekrabbel zou een zwak aftreksel worden. Ik verraad al wel: de andijvie stamppot van haar mams bracht de inspiratie geenszins. Tsja.

Waar ik het meest trots op ben? De ideologie die het boek uitstraalt. Ergens voor durven staan. Moedig. Vegan zijn of eten betekent iets. Oergeestig hoe zij zelf de uit de grond gestoken wortel aanhaalt. Het beeld dat je als veganist daar de hele dag op knauwt. Hilarisch. Nope, het zegt iets over een visie op onze samenleving: de natuur, het milieu, dierenwelzijn en de kwesties binnen de vleesindustrie. Ingewikkelde items en voorlopig nog volop in de dialoog. Op zoek naar een gedragen “Common ground”. Maar het zegt niets over dat je niet meer lekker en gezond mag en kan eten. Integendeel zelfs. Dat rechtvaardigt mijn ode aan Vegan East.

Natuurlijk heb ik al veel  recepten mogen proeven. Ook ik mocht eerder een recept testen. Voor mij hadden ze een relatief eenvoudige uitgekozen. Doe jij die maar. Aan de slag, wel met mijn man in mijn kielzog. Kan ze dat wel? Ha! Lees het voorwoord, dan snap je mijn achterstand in deze. Alle recepten echter, zijn oosterse pareltjes. 

Ik ben zelf geen veganist. Maar wel een flexitarier. Bewuster omgaan met het eten van vlees is een proces. Een uitdaging. Ik zou nooit: je moet… zeggen, dat past niet bij mijn liberale hart en mijn ideologie. Maar dit kookboek, Vegan east, maakt je keuzes wel makkelijker.

Afgelopen dinsdag was mijn concentratie vermogen nul. Eindelijk hoorde ik de klap op de deurmat. Daar lag ie.

Heel knap gedaan!

Warme groet

Hoe verbinden een verslaving wordt!

Ik ben absoluut aan meer dingen verslaafd. Dat valt echter een beetje buiten de scope van deze blog, althans dat heb ik zojuist besloten. Het woord integraal echter, is voor mij uitgevonden. Ik weet het zeker.

Vertel over een organisatie vraagstuk en er popt een mindmap op in mijn hoofd. Met pijlen en uitroeptekens. Met verbindingen naar aansluitende issues. Naar eerdere besluiten. Een soort anti-verkokering syndroom. Een verbindingstijger. Voor mijn gesprekspartners tamelijk ongezellig. Een enthousiast plan valt plots in duigen. Het ziet er ineens complex uit. Heb je haar weer.

“Mijn verslaving won het van: lekker de boel, de boel laten.”

Speel eens met een doorsnee strategische agenda: je verbindt moeiteloos
topics. Niet zelden vaart ieder zijn eigen koers. Onwetend over wat anderen denken en doen. Raadselachtig. Vaak onbuigzaam.

De laatste tijd houd ik in den beginne mijn kaken stijf op elkaar. Niet omdat die mindmap  niet verschijnt, maar uit respect voor de collega en het plan. Ik ben beter in staat om het proces zijn werk te laten doen. En op het etiket: “zeiksnor” zit niemand te wachten. Dus mummel ik betrokken mee. Beperk me tot wat hints. De rest even parkeren dus.

Hoe het zo heftig in mijn hoofd aanwezig is, geen idee. Aangeboren lijkt mij niet. Aangeleerd meer waarschijnlijk. Beetje doorgeslagen, zou kunnen. Bevlogen kan ook. Whatever, het geeft mij gek genoeg energie. Een soort Perpetuum Mobile in mijn brein. Verslavend dus, zie hier.

Afgelopen vakantie kregen mijn man en ik een rondleiding bij brouwerij Hertog Jan in het Limburgse Arcen. Super interessant en leuk. Wat een proces om te komen tot heerlijke goudgele brouwsels. Wat een verschillende soorten bier. Het proeven een genot. De Brouwers absolute specialisten. En ja hoor, terwijl de hele groep genoot van de proeverij, dacht ik: wie bepaald nu of vandaag de Lentebok in het vat gaat? Of de Triple? Het bokbier? Hoe en wie verbindt de productie met de vraag? Wie maakt het plan? Ik stelde dus toch de vraag. De andere gasten keken wat verward. Logisch. Saaie vraag. Boeien.

Mijn verslaving won het van: lekker de boel, de boel laten. Het antwoord van de aardige begeleider kwam rap: Gerard zei hij. Ik knikte vriendelijk. Ik zag een grote vriendelijke reus opdoemen. Met een sigaar en bierbuikje. Achter een eikenhouten bureau met familiefoto. Ontspannen aan het hoofd van een multinational. De blik van mijn man sprak boekdelen: je hebt vakantie lieverd.

Ik nam een slok van een heerlijk biertje en dacht: die Gerard heeft het vast goed in het snotje.

Warme groet

PS voor de liefhebber op dit onderwerp: lees eens de aansprekende parabel van “the blind men and the Elephant”.

Hoe een vergeelde notitie mij van het werk hield!

Ik wilde even iets checken. Draaide mijn stoel om naar mijn bibliotheek. Voordeel van thuiswerken! Lux. Vol met studieboeken en trendsetters. Mijn eigen goeroes op alfabetische volgorde. Een kleurrijk tafereel. Sommige nog dagelijks in mijn hoofd. Anderen een beetje in de vergetelheid. Wat een gaaf bezit. De “geeltjes” tussen bladzijden vielen op. Zoals altijd: ik werd getriggerd. Wat sprak mij destijds aan?

Ik pakte een boek: heul veul gemarkeerde hoofdstukken. Nieuwsgierig. Onderwerp: leiderschap. In het boek: een opgevouwen, enigszins vergeelde notitie. Van mijn hand, zo te zien. Datum: 2015. Titel: Zelfsturende teams.
Ik had helemaal geen tijd voor dit intermezzo. Het lezen begon toch. Heel stellige visie. Mijn waarheid. Een glimlach. Wat een kattenkop, dacht ik. Niet direct een fan. Veel beren! Ergens midden in de notitie: “de organisatie is geen speeltuin”. Oei, het zat hoog.

Of de notitie ergens het licht heeft gezien: geen idee. Het zou mij nu iets te stellig zijn. Welnee, geen watje geworden. 
Vooruit: een iets meer genuanceerde blik.

– “The message however, still the same.”

Een aantal issues spelen echter nog steeds. Althans, vanuit mijn waarneming. De bedoeling van zelfsturende teams is veelal aansprekend. Wie is daar tegen? Het enthousiasme wint het van de realiteit. Goed voor de persoonlijke ontwikkeling, onboarding en Happinez. De hiërarchie achter slot en grendel. We doen en kunnen het zelf. De hoofdmoot: intrinsieke motivatie voor medewerkers. Mooi! Eens! Het venijn echter, blijft veelal steken in de ontransparante verantwoordelijkheidstructuur.

Wie gaat nou waar over? Waarom komen we naar het werk? Wat gaan we bereiken? En iets met het bestaansrecht van de club.

De hype wordt zelden weldoordacht uitgewerkt. Merkwaardig. Een allesomvattende vraag, die opborrelt:

Hoe verhoudt de intrinsieke motivatie zich tot de excentrieke. Waarbij het hier gaat over visies, aansturing, doelstellingen en geld. Ik doe zomaar een greep. Het spel en de knikkers: volgens Wikipedia. Mooie metafoor! Love it. Juist op dit kruispunt ontstaan de rafeltjes. De stelligheid in 2015 zou ik wat dempen. The message however, still the same.

De notitie schoof ik weer in het boek. Ik mijmerde wat voort. Vond wat ik eerder zocht. Schoof weer naar mijn PC. Ik kwam nog niet direct tot het dagelijkse. Hoe zou ik de notitie nu afsluiten? Zoiets:

De wens tot intrinsieke motivatie houdt stand bij een duidelijke visie, structuur en herkenbare resultaat afspraken. Waar doen we het allemaal voor. Zorg voor een begrijpelijk en helder speelveld. Een goeroe schreef: een afgebakende zandbak. Mmm iets minder respectvol. Hier ligt dus een taak voor de manager. In mijn visie een blijvende sleutelpositie.

Daarbinnen viert de zelfstandigheid van het team hoogtij en verhoogt het het gevoel van wederzijds vertrouwen en veiligheid. Win-win.

Benieuwd hoe ik over vijf jaar de notitie weer teruglees. Bij leven en welzijn, laat ik het weten.

Warme groet

Een leven lang leren. Lang leve het leren!

Iedere keer verbaas ik mij. In positieve zin. Ik weet eigenlijk niet of LinkedIn je geboortejaar aangeeft. Geloof me: in de Corona crisis zit ik op het randje van: kijk uit! Althans, volgens Jaap van Dissel. Oergeestig is het. Ik moet eigenlijk thuisblijven, maar mag wel in een volgepakt vliegtuig naar Torremolinos. Humor! Iets met een luchtverfrisser is de uitleg. Dubieus. Politiek. Maar daar gaat het nu niet over.

In mijn hoofd en rolkoffer. Niet arrogant bedoeld. In relatie met die leeftijd.

Wat ik hier bedoel: Ik “swing” al een poosje mee in heel wat organisaties. Al jaren loop ik (digitale) draaideuren door. Met een bak kennis en ervaring. In mijn hoofd en rolkoffer. Niet arrogant bedoeld. In relatie met die leeftijd. Echter, er ontstaat altijd ruimte voor meer. Altijd weer. Hoe mooi! De verbazing dus.

Ik ontmoet zoveel mooie mensen, dat het soms duizelt. Tijdelijke collega’s met minstens zoveel ervaring, maar met eigen expertises, passies en visies. Soms haaks op die van mij. Soms prachtig aanvullend, soms verpakt in totaal nieuwe leerzame items. Hoe dan ook: het verrijkt. Wollige term, weet ik!

Hoe ouder, hoe makkelijker om je zonder schroom kwetsbaar op te stellen. De bewijsdrang is passe. De dialoog komt ervoor terug. Openstaan voor andere denkwijzen. Geen discussies. Samen optrekken. De organisatie adviseren: vanuit verschillende invalshoeken.

Ik heb daarnaast een absolute zwak voor jonge talentvolle collega’s. In de goede zin: jaloersmakend. Nonchalant met een laptop op schoot. Vingervlug scrollend van de ene sheet naar de ander. Een aansprekend verhaal. Genieten. Ik probeer dat ook weleens: dat met die laptop. Staat heel raar.

Alle gekheid op een stokje. Ik probeer binnen mijn vermogen het verschil te maken. Dit jaar vervolg ik mijn leerschool op Nyenrode: het belang van de wetenschap, de theorie, de analyse van processen. Ik slurp het op. Fantastisch. Maar dan ben je er echt nog niet. Ik heb de organisatie, met de collega’s nodig. Ik kan het niet in mijn uppie. Ik breng kennis mee, maar haal ook op.

Als klap op de vuurpijl. Ik kom net uit een echt gave sessie teamontwikkeling. Wat een eer om daar als externe aan te mogen bijdragen. What can I say more.

Die verbinding is de crux tot succes. Op deze wijze: Lang leve het leren!

Tot slot. Mijnheer van Dissel: succes met de volgepropte charters. Time will tell!

Warme groet, een super fijne en vooral gezonde zomer gewenst.

Annemarie

Sawu bona, de nieuwe kunst van begroeten!

Van die drie zoenen neem ik met gemak afscheid. Heerlijk. Wat een gedoe. De laatste jaren kuste ik al wat in het luchtledige. Vooruit: mijn dierbaren uitgesloten. Een ander verhaal: het handenschudden. Ik ben (was) een echte. Altijd en overal. Een traditie, een ritueel. De opening bij een weerzien, een werkafspraak, een voorstel moment, vriendschappelijk. Respect. Niet in de laatste plaats stevig aangewakkerd door mijn politieke tijd. Voor en na de Raads-en commissievergadering. Voor de fractievergadering. Na de afdronk. Hele rondes legde ik af. Het had een betekenis. En ja: het is een cultuurdingetje. Ik ga dus afkicken. Voor jou, voor mij, zodat dat klote virus kansloos wordt. Hoe dan wel?

“Op je rug. Geen idee. Onwennig geploeter. Voorlopig worden we nog gered door de Skype. “

Ik bestudeerde laatst allerlei werkvormen: manieren tot eerlijke participatie in de organisatie. Al bladerend in een mooi boek, stuitte ik op een aansprekende werkvorm: vertrouwen en respect uitspreken. Het triggerde. In Zuid-Afrika begroeten stamgenoten elkaar met de korte zin: Sawu bona. Wat “ik zie u” betekent. De tegengroet SLkhoma betekent “ik ben hier” Hiermee wordt vertrouwen in elkaar uitgesproken. De kunst van het werkelijk zien en gezien worden. Ik vond het prachtig:  zag het voor me. Weg handen. Contactloos. Eye-opener. Een aansprekend alternatief, wellicht.

De realiteit laat zich raden: mijn blog zal geen definitieve cultuuromslag bewerkstelligen. En nee, ik verwacht niet dat deze vorm plots een trendsetter wordt.
Ik kan het slechts in kleine kring uit proberen. De kans op acceptatie schat ik laag in. Lachers op mijn hand is waarschijnlijker. Maar hoe dan wel?

De ellebooggroet is te close. De 1,5 meter komt in gevaar. Althans zonder mondkapje: een stof opwaaiend fenomeen. Wat zetten we op: het Kruidvat + masker of een zelf geborduurde? Schijnveiligheid, wordt gezegd. Bij verkeerd gebruik knap onhygiënisch. Wat is wijsheid. Enfin, verder met de begroeting.

De oosterse buiging kan. Je ziet het al. Beetje houterig. Of: hey hoi, gaat ie, te amicaal wellicht. Beetje nonchalant draaiend dan: je handen in je zakken. Op je rug. Geen idee. Onwennig geploeter. Voorlopig worden we nog gered door de Skype. Hoe fijn is dat. Aaa je bent er…ik hoor je wel, maar zie je niet!

We vinden vast een way out. Het zal wel moeten. Andere culturen kunnen wellicht helpen. Look Around. Op weg naar minder klef. Hygiënischer. Maar wel vol respect. En ja, ik zal het handenschudden zo missen.

Sawu bona

Annemarie

Bron: Beweging in je brein
Monique Hampsink
Nanette Hagedoorn

Bij sheet twee was ik de zaal al kwijt!

Neeee joh, serieus, gilde ze in mijn mobiel.  Ik zette dat ding snel op de speaker. Het was mijn oud-collega en maatje. Zit je weer op de fuwa? Lieve mensen, dit staat niet voor een vechtsport, althans niet letterlijk. Een afkorting voor functiebeschrijving- en waardering. Vakjargon. Ik voelde dat dit een gesprek werd: vol herinneringen en anekdotes. Ik tapte een koffietje.

Pumps gingen knellen. Je dacht met spijt terug aan je sneakers uit diezelfde kofferbak.

Met haar heb ik jarenlang het hele land doorkruist. Van Brunssum tot Hengelo naar Purmerend en Harlingen. En alle gemeenten daar tussenin. Echt allen. Als een rond reizend circus. Kofferbakken vol met functieboeken. Verschillende versies. En een beamer, groot en zwaar. Hilarisch. Je leek daarmee meer op een loodgieter dan op een consultant. De digitale wereld in opkomst, maar dan anders. Ze struikelde over onze herinneringen. Ik kreeg ook de smaak te pakken.
Belangrijke processen met veel verbindende organisatievraagstukken. Alleen insiders weten dat het nooit alleen om dat ene stukje papier gaat. Dat maakt het zo interessant. Integraal adviseren dus. Je “kop” erbij houden.

Theaterzalen werden destijds afgehuurd. Dit stamt uit een tijd ver voor onze 1,5 meter maatschappij. Alle medewerkers bij elkaar voor de uitleg van het waarderingssysteem. Heb je dat weleens geprobeerd? Waar je opkwam als Adèle. En na sheet twee als een B artiest achter de coulissen verdween. Je hoorde jezelf in de verte praten: nee, nee, het gaat niet over jouw persoonlijk functioneren…..Technische stuff. Pumps gingen knellen. Je dacht met spijt terug aan je sneakers uit diezelfde kofferbak. De aanhouder wint, het kwam altijd goed. Maar een “Adèle” bleef qua onderwerp te hoog gegrepen.

Ondertussen: onze herinneringsping op onze mobiels werd luidruchtiger. Werk aan de winkel. We sloten gewichtig af. The key tot succes blijft: respect houden voor de organisatie en haar medewerkers. Adviseren, zonder de “juf voor de klas” mentaliteit. Heldere communicatie: walk your talk. De organisatie blijft aan het roer.

En ja, het is mij wederom een eer.

Successsss hé!, hoorde ik nog net voor het verbreken van de verbinding.

Met een glimlach nam ik plaats achter mijn PC. Ik opende een format: doel van de functie……

Warme groet

Wanneer je digitaal de werkelijkheid moet waarnemen.

Laatst sprak ik een goede vriend. Het gaat prima, dat digitaal vergaderen. Het valt mij alles mee. Wat ik mis, zo zei hij: de “thermometer” eens in de organisatie steken. Wat gaat goed en waar is extra aandacht nodig. Dat is meer lastig. Ik dacht daarover na. Herkenbaar. Het nieuwe werken vereist andere vaardigheden van ons allen. Net na de lockdown was je blij dat je ĂĽberhaupt iemand op je scherm kreeg. Je wist waar je mic zat. Een handigheid uitvond om je robotachtige stem te temperen. Met klokkende oksels een presentatie wist in te voegen. Eye-opener. Begreep je dat je agendapunten er eigenlijk niet toe deden. Dat je een dialoog had gevoerd met, ja……. met wie ook weer.

“Just do it.”

Langzaamaan word je relaxter. Meer vindingrijker. Althans zo ervaar ik dat. Ik denk dat onze zintuigen moeten wennen. Om moeten schakelen. Een stukje “wetenschap” vanaf mijn eigen waarneming. Dat heeft tijd nodig. Overigens: collega’s die al jaar en dag internationaal werken, kijken je wel wat suf aan. Maar toch.

Van oorsprong ben ik ook een op de rand van het bureau waarnemer. Een kopje koffie in de wandelgang type. Zoek ik ruimte voor de persoonlijke kwinkslag. Even over iets anders praten: niet alleen werk.

De meer digitale zakelijkheid leent zich daar minder voor. Tuurlijk: vast meer efficiënt. Echter, onze menselijkheid en aandacht voor elkaar mag niet ten gronde gaan. Ik ben positief gestemd. We vinden de modus. De balans. Let op: het is een fantastisch leermoment. Binnen onszelf, binnen organisaties. Waarvan ik hoop dat dit nieuwe werken HET werken wordt. Niet massaal meer doen wat we deden. Onze bewegingen in de auto, OV, in de lucht en op ons werk heroverwegen. Waarom, echt waarom met miljoenen om 9.00 uur op locatie vergaderen. Onzin. Gewoonten doorbreken. Ten goede van onze leefomgeving, gezondheid, toekomst en duurzame ontwikkeling.

Het kost tijd, bewustwording en doorzettingsvermogen. Ik ben net zo benieuwd als jullie.
Zijn we daartoe instaat? Ik mag het hopen. Werkgevers: grijp jullie kans! Just do it.

Na een hysterisch druk digitaal (team) overleg, nemen we steeds beter waar. Horen we de boodschap van een collega achter een verhaal. Een persoonlijk telefoontje na de afdronk is dan snel gepleegd. Wat kan ik voor je doen?

Warme groet

Annemarie

Happinez is dichtbij, altijd al.

De afgelopen weken heb ik getracht een nieuwe blog te schrijven. Meerdere keren. Meestal op zaterdagochtend. Koffie, veel kopjes. Rust. Mijn moment. Het werd hem dus steeds niet. Delete. Het voelde vooral nutteloos. Wat zou ik nu kunnen toevoegen. Hoe zou ik mij kunnen meten aan alle toppers in de zorg. Aan alle andere mensen binnen onze vitale beroepen. Aan de zorgen van vele ondernemers. Hun strijd. Diep respect. Bovendien worden we in deze crisistijd overstelpt door betweters. Op social media, televisie en radio. Begrijp me niet verkeerd. Het is soms rete interessant. Het zet je tot denken. Hoe nu verder. Het is veel informatie. Ik zwabber wat van de 1 naar de ander. En weer terug. Filosofen, virologen, veranderkundige experts, economen, sociologen. En mensen die menen het allemaal tegelijkertijd te zijn. Wie o wie durft d”e strijd met de glazen bol aan.

“Oma, ik hoop je gauw weer te zien.”

Ondertussen ben ik gewoon aan het werk. Ja, vanuit huis. Zoals velen. Dat is spannend en druk. Iedere dag leer ik wat bij op digitaal gebied. Lol.  Probeer mijn adviseurs rol zo goed mogelijk te vervullen. Ik hou van mijn werk. Kom er achter dat het niets uitmaakt welke schoenen ik aan heb. De Skype illustreert minder dan de helft van mijn outfit. Maar ik haat sloffen. Dus kies ik toch een paar uit die passend lijken voor de dag. Dit is de gekkigheid ten top. Weet ik. Zo ondergeschikt. Ja, ik maak mij zorgen. Ik vind het ook gewoon doodeng. Wat gebeurt er wereldwijd allemaal. Wat deden we niet goed. Wat gaan we van deze periode leren. Zijn we in staat ons gedrag aan te passen. Afscheid te nemen van al onze vanzelfsprekendheden.

Een gesproken berichtje van mijn kleindochter klingelt op mijn telefoon. Oma, ik hoop je gauw weer te zien. Hoop dat het goed met je gaat. Ik ben heftig afgeleid. Emotioneel. Ik laat het werk even voor wat het is. Samen met mijn ook thuiswerkende lieve man halen we een frisse neus. We lopen zwijgend langs de dijk. We zien de prachtige natuur. Intenser. Blijven in onze eigen gedachten. Knikken vriendelijk, op 1,5 meter, naar wandelende lotgenoten.

Bij thuiskomst spreek ik een antwoord aan mijn dot in: lieve meid, dat hoopt oma ook! En weet je wat: we gaan hopelijk gauw weer aan de pannenkoeken. Heel veel knutselen. Voorlezen. Gek doen. Kom maar op!

Had jij nog niet een Skype overleg, vraagt mijn man en nu ook collega. Gut ja, ik zoek snel naar de link. Inmiddels zo handig in. Goedemiddag, hoi, hey, hoe is het, hebben we iedereen….

Ondertussen hoor ik gerammel van potten en pannen. Ruik ik heerlijke specerijen. Ik groet mijn (digitale) collega’s. Till the next time. Volg het spoor naar de keuken. Happinez is dichtbij. Altijd al.

Keep strong allen, warme groet!

Wanneer de werkelijkheid tot je doordringt!

Mijn man en ik werken vanuit huis. Heel knus. We loggen rond 8.00 uur in. Halen om de beurt koffie. Staan samen in de wachtrij voor de printer. Skypen op de meest gekke plekken in huis, zodat we niet plots in elkaars meeting verzeild raken. De lunch zorgt voor onze rammelende magen. En zo verder. Het lijkt een zeer genoeglijk tafereel. Maar de werkelijkheid laat zich raden. Zorgelijk. Het Corona virus beheerst onze dagelijkse gang van zaken. Het houdt ons in de ban. Onze minister-president heeft gesproken: de boodschap was meer dan helder. Alle maatregelen spreken voor zich.
Ik pieker er niet meer over om er lacherig over te doen. Een gepasseerd station.

Tegelijkertijd trots op mijn zoon, die de exploitatie van drie mooie horeca gelegenheden stop moest zetten. Zijn veerkracht is jaloersmakend. Op mijn dochter, die plots ook juffie is, tijdens een deadline van haar grootste creatieve werk ever. Op mijn lieve vriendin, die dagelijks in het verpleeghuis met liefde zorgt voor kwetsbare bewoners. Op alle anderen, die voor ons klaar staan. Samen de schouders eronder. Elkaar helpen. De enige remedie.

Ondertussen zet ik mij schrap voor het volgende Skype overleg. Hoe efficiĂ«nt. Ik krijg daar een kopje koffie bij. Tsja, eerlijk is eerlijk:  het was zijn beurt.

Stay safe! Warme groet Annemarie